vrijdag 1 februari 2013

Hoera voor Estro of niet?

Column in Management Kinderopvang 1-2 2013

Estro is gered. Hoera voor alle 5800 medewerkers van onder meer Catalpa en Uk die elke dag weer
met liefde voor de kinderen zorgen. Want kom in deze dagen nog maar eens aan een nieuwe baan in de kinderopvang. Fijn voor al die 38.000 kinderen en hun ouders.

Maar toch… heel stiekem, je mag het eigenlijk niet hardop zeggen… misschien was het voor de sector wel goed als Estro geklapt was. Dan hadden de verschillende gezonde onderdelen dat vast wel overleefd.
Ondernemers in de kinderopvang zijn maatschappelijke ondernemers. Maar kun je dat ook zeggen van een financieel vehicle voor durfkapitalisten, zoals Estro? Het ging sinds 2001 door de handen van Waterland, Bencis, Providence en nu zijn er weer nieuwe eigenaren. Gemiddeld drie jaar houden ze het vol.
Toen Catalpa in 2010 werd overgenomen door de Amerikaanse investeerder Providence kreeg de kinderopvangorganisatie een schuld van 230 miljoen euro op de balans, 4,7 maal de brutowinst (Telegraaf, 20 maart 2012). Providence lijkt er nu bij de verkoop geld op toe te leggen, net als de banken. Want de nieuwe eigenaren KKR en Bayside kopen de bankleningen op, maar die zijn afgewaardeerde van 550 naar 120 miljoen.
Hoe verhoudt zich een maatschappelijke sector als kinderopvang met durfkapitalisten die zich voor een paar jaar committeren en een organisatie volstouwen van schulden? En waarom denken zij een goede investering te doen?
‘Het rendement moet komen uit waardegroei van de aandelen’, schrijft het FD (22 december jl.) Die waardegroei denkt Estro te realiseren door ‘actievere werving van kinderen’, blijkt uit het FD-artikel. Het budget voor marketing is van enkele tonnen opgevoerd tot drie miljoen per jaar. Dat moet leiden tot 650 extra aanmeldingen. Dat is dus ruim 3800 euro per binnengehaald kind.
Het Estro-nieuws haalde rond de jaarwisseling alle kranten. En zorgt ervoor dat kinderopvang bij het grote publiek geassocieerd wordt met marktwerking en durfkapitalisten. Niet goed voor dat deel van de sector dat zich meer associeert met de zachte waarde in de samenleving, zoals ontwikkeling van kinderen, voorschoolse educatie en aansluiting bij het onderwijs.
Bovendien heeft het een verzakelijking in de kinderopvang tot gevolg. Investeringen gaan niet naar kwaliteit maar naar bedrijfskundige doelen. Meer organisaties tuigen hun marketingafdeling op in gevecht om het teruglopende kindertal. Samenwerking tussen organisaties wordt moeilijker, beducht als iedereen is voor concurrentie. Natuurlijk speelt hierbij ook de crisis een grote rol, maar Estro zorgt wel voor een onevenwichtig speelveld.